Café ’t Pakhuys in Delfshaven is met zijn 35m2 het kleinste café van Rotterdam. Momenteel zijn ze op de locatie, waar 26 jaar lang Kunstcafé Gommers zat, hard aan het werk om alles klaar te maken voor de soft-opening. Wij gingen alvast langs en spraken met eigenaar Erik Wellen over zijn eerste café.
Pakhuystijgers
Erik beschrijft dit project als een soort “uit de hand gelopen hobby”, hij heeft hiernaast namelijk ook nog een andere baan. “Je moet klein beginnen als ondernemer. De vorige eigenaar, Jos Gommers, wilde stoppen met zijn café en ik dacht dat het leuk zou zijn om er iets in te beginnen”, vertelt Erik. Zijn eerste café pakt hij op een opvallende manier aan. Er is geen aannemer betrokken bij het project, in plaats daarvan schakelt hij de hulp in van vrienden en mensen uit de buurt, die zijn omgedoopt tot ‘Pakhuystijgers’. Deze Pakhuystijgers helpen mee met de verbouwing van het kleine cafeetje en bedenken samen met Erik ideeën. Wel is er een concept waar omheen wordt gewerkt. ’t Pakhuys haalt qua inrichting inspiratie van ouderwetse pakhuizen. “Je kunt zeggen tegen een aannemer: ‘hier heb je een plan’, maar dit is veel leuker en persoonlijker. Het plan voor het café ontstaat gaandeweg, door input van verschillende mensen. Ik hoor de ideeën aan en kijk of ze passen bij het concept”, zegt Erik. Naast kunstcafé was Gommers ook een echt buurtcafé, een ontmoetingsplek voor mensen uit de buurt. Dat is iets wat Erik wil behouden. “De Pakhuystijgers passen ook bij de functie van een buurtcafé, maar het bouwt ook een soort saamhorigheidsgevoel op. Je bouwt eigenlijk je eigen café, dit zijn mensen die straks hopelijk hier aan de bar zitten.”
Dat kleine café aan de haven
De identiteit van het vorige café gaat zeker niet verloren, integendeel. Zo zullen er nog steeds kunstexposities worden gehouden, waarbij zowel de kunstenaars die veel aanwezig waren bij Gommers als nieuwe kunstenaars welkom zijn. Toch wil Erik ook een frisse wind laten waaien. Niet alleen door het café, maar door heel Delfshaven. Samen met andere horecaondernemingen wil hij ervoor zorgen dat Delfshaven weer wat meer glans krijgt. “Je moet elkaar versterken, dit gebied moet worden verbeterd. Je moet elkaar niet gaan beconcurreren, maar er moeten meer mensen naar Delfshaven komen. Waarom stopt hier geen hop-on/hop-off bus en waar is onze ligplaats voor de Watertaxi?” Naast het samenwerken, heeft Erik meer ideeën hoe hij mensen naar Delfshaven gaat trekken. Hiervoor wil hij alles uit de locatie halen. “Het is een fantastische locatie, met name in de zomer met het terras aan het water uitkijkend op de Voorhaven. In die periode komt hiervoor een sloep te liggen. Gasten van ‘t Pakhuys kunnen dan met een schipper uit de buurt De Schie opvaren, onder het genot van een hapje en een drankje. We willen op zulke manieren proberen toerisme in de wijk aan te laten trekken.”
Meer dan alleen een biertje
Eten en drinken blijft natuurlijk de hoofdmoot bij horecaondernemingen, ook daar heeft Erik al ideeën over. “We willen speciaal bieren gaan serveren. We zouden op een van die taps een bier van de maand of lokaal bier kunnen zetten. Het wordt zeker geen wijnbar, maar we willen wel enkele goede wijnen aanbieden. Daarnaast willen we ook goede koffie gaan serveren met bijvoorbeeld een stukje taart erbij. Later, als het wat meer draait, dan willen we wat tapasachtige dingen gaan serveren”, legt Erik uit. Samenwerken met andere ondernemingen is ook hier weer belangrijk. “Misschien is het mogelijk om met een zaak in de buurt een afspraak te maken. Bijvoorbeeld dat je een hamburger bestelt en dat ze hem hier komen brengen. Of we kunnen een samenwerking aangaan met een drankhandel, dat we daarmee een wijn van de maand doen.”
Moderniseren
Kunstcafé Gommers zat er al sinds begin jaren ’90, dat was te zien. De kleuren waren donkerrood, dat gaf het café een groezelige, maar ook intieme, sfeer. “We willen een modernere uitstraling hebben, maar met respect voor de historie. De naam ’t Pakhuys komt van het feit dat dit gebouw vroeger in gebruik was als een pakhuis. De stijl van een pakhuis willen we terug laten komen in het hele interieur. Dat betekent dat we de kozijnen met hoogglans beitsen, sommige wanden houden we baksteen. We gaan veel met zink werken. Daarnaast is er ook veel oud hout gekocht, oude kaasplanken, die gaan we verwerken in het interieur. Ook maken we een bar aan het raam waar je aan kunt zitten. Ik wil een huiskamergevoel creëren.” Op 23 januari opent het café haar deuren. Café ‘t Pakhuys is vijf dagen per week vanaf vier uur 's middags geopend tot 's avonds elf uur, in de zomer worden die openingstijden verruimd. Als het goed loopt, is er kans dat ze in de toekomst vroeger opengaan. Wij zijn in ieder geval benieuwd hoe het kleinste café van Rotterdam eruit gaat zien.