Vis in Ketel 1: zo stoer kan het in Uit Je Eigen Stad

Bewonderaars van het eenvoudige boerenbestaan hoeven in Rotterdam nog amper van hun plek te komen om wat van de plattelandsidylle mee te pikken. In het kantoorblok waar De Buik zetelt, neem je gewoon de lift naar boven als je weer eens spreekwoordelijk met je poten in de echte Hollandse klei wil staan. Op de zevende etage, met uitzicht op het stadhuis en de skyline van de binnenstad, ligt de Dakakker. Je kunt er elke woensdagmiddag hip lunchen bij eenpitter Valerie Kuster en tegelijkertijd een echte tuinder in overall met schop en riek aan het werk zien. Alleen een tractor ontbreekt nog aan het plaatje.

Ook in andere delen van de stad lijkt er geen houden meer aan. De wolf komt bij Drenthe de grens over, de boer rukt over de Nieuwe Maas op. Op de Kop van Zuid heeft hij met zijn kazen, worsten en bloemkolen de Fenix Food Factory al bereikt. In het centrum en Noord is hij intussen alomtegenwoordig op de markten van Rotterdamse Oogst. En in West is twee jaar geleden nota bene een twee hectaren groot havengebied aan stadsboeren gegeven, zodat ze niet op dat saaie platteland hoeven te wonen om toch hun beroep te kunnen uitoefenen.

Duurzaam en biologisch

Uit Je Eigen Stad heet het stadslandbouwproject dat toen op het voormalige terrein van de fruitterminal werd begonnen. Het is een van de grootste in zijn soort in Europa, hoewel we nog altijd het vermoeden hebben dat driekwart van Rotterdam (en de rest van het land) er gek genoeg nog nooit van heeft gehoord. Jammer wel in dat geval. Behalve groenten en fruit komen er kippen, vis en honing vandaan. Alles van de inmiddels vertrouwde duurzame en biologische snit.
Oogst en slachtproducten van Uit Je Eigen Stad zijn grotendeels voor de plaatselijke horeca en de tussenhandel bestemd. Op zaterdagen zijn er ook markten op het ‘erf’. Bovendien wordt een deel van al dat lekkers in het eigen restaurant op het vuur gezet. Een diner van drie gangen kost € 29,50. Er is keuze uit vijf voorgerechten, drie hoofdgerechten en een viertal desserts. Op de kaart staan verder zeven verschillende mediterrane wijnen, in prijs variërend van € 3,75 tot € 5,75 per glas.

Lekker stoer en origineel

De soep van venkel en knolselderij laten we als voorafje maar aan ons voorbijgaan. We zien hem in Uit je Eigen Stad voorbijkomen in van die kleine, goedkope Duralex-glaasjes. Een aanblik die wij eerder typeren als, zeg, ‘Nijmeegs’ dan als ‘uit je eigen stad’. Aan de céviche van rauwe, in Ketel 1 gemarineerde kabeljauw met biet en een krokant van oude Rotterdamse kaas valt daarentegen niets kneuterigs te ontdekken. Het is een lekker stoer gerecht, frisser en origineler ook dan de schotels die erop volgen: gestoofde kalfswang met zoete aardappel, en hartige taart met een pluk salade.

Die twee voldoen op zich best aan de verwachtingen. Maar runderwang eet je tegenwoordig in elk restaurant en quiche is al bijna een museumstuk, dus wat minder voor de hand liggend zou het in een ‘boerengrotestadskeuken-midden-in-de-haven’ toch best mogen. Het toetje, een met bonenkruid afgemaakte crème brûlée, heeft door die ons onbekende toevoeging dan weer wel wat eigenzinnigs - al kun je je afvragen of het de bedoeling moet zijn dat je in een vanilletoetje amper meer vanille proeft.

Elke vrijdag beschrijft De Buik van Rotterdam een restaurant in het Rotterdam-katern van NRC Handelsblad. Dit is het verhaal uit de krant van 22 mei 2015.