Over Algerije, het grootste land van Afrika, weet je misschien niet zo veel. “We hebben eigen muziek, eigen cultuur, eigen architectuur, alles is eigen.”
Bij Raïnaraï aan het Middellandplein - waar het draait om verse groenten, traditie en de speciale zeven kruiden - proef je de eigen keuken. De Buik ging dus langs om dit te ervaren en om bij te praten met eigenaar Laurent Med Khellout.
“Habibi”

Terwijl we nog geen echte zomer meemaken in Nederland, lijkt de zon altijd te schijnen aan de 1e Middellandstraat bij Raïnaraï. Hoewel het te nat is om buiten te zitten, zou je hier met mooier weer de hele dag in de oase-achtige sferen in het zonnetje kunnen zitten op het grote terras van het Algerijnse restaurant.
Desondanks word je bij binnenkomst gelijk vrolijk van de kruidige geuren, Algerijnse 'raï-muziek', Perzische kleden en het opgewekte “habibi” waarmee eigenaar Laurent Med Khellout je begroet. Het is te zien dat hij zes jaar heeft gestoken in de aankleding van zijn restaurant. “Er is mij gevraagd om het Middellandplein een stukje mooier te maken, dus dat is wat ik doe”, zegt hij.
Groenteboer en vlees verdienen

Bij Raïnaraï zal je misschien denken dat je bij een groenteboer binnenstapt, gezien de kleurrijke groenten die buiten uitgestald staan. “Denk je dat die er voor de sier staan?” vraagt de eigenaar grappend.
“Mijn groenten liggen niet in de koelkast, maar buiten te chillen. Als ze de pan in gaan, zijn ze er helemaal klaar voor. Kom bij mij niet aan mijn groenten”, lacht hij. Alle ingrediënten bij Raïnaraï zijn dan ook verser dan vers, want de chef kookt alleen met seizoensgroenten.
Op de kaart kun je dan ook vele gerechten met diverse groenten vinden. Zoals gevulde aubergine met geroosterde paprika, uien en tomaten en tonijn-sashimi met puntpaprika en sperziebonen. Het liefst zo min mogelijk vlees, als het aan Med Khellout ligt. “Je moet het verdienen om vlees te eten en zou er eigenlijk zelf voor moeten jagen.”
Romeinen en wijnen

“Ik ga jullie lekker verwennen”, hoor je Med Khellout tegen al zijn gasten zeggen. Daar is niets aan gelogen, want bij binnenkomst krijgen wij al direct een hele volle rode wijn uit Algerije ingeschonken.
Volgens de restauranteigenaar haalden de Romeinen 2000 jaar geleden hun wijn uit Algerije en dankzij deze ‘Raïs’-wijn kunnen wij goed begrijpen waarom.
Signature dish van Raïneraï

De zogenoemde ‘signature dish’ van Raïnaraï is de pompoen gevuld met wilde spinazie, geitenkaas, tomaat en rozijnen. Wij mochten ‘m dit keer met feta proeven en die was heel zacht en rijk aan smaak. Een hele goede combinatie met de melige, licht zoete pompoen.
Daarnaast krijgen we een heet bord bezaaid met diverse groenten, waaronder sperziebonen, kastanjechampignons, zoete wortel en gekarameliseerde ui. De komijn die voor dit gerecht gebruikt is, is hier goed terug te proeven en past heel goed bij de verse groentemix.
Verder genieten we van frisse saffraancouscous en de grootste gamba die we ooit hebben gezien.
Oma-keuken

“Ik wil laten zien wat echt eten is”, vertelt Med Khellout. “Je eet niet om te eten, dan ga je maar naar een patatkraam. Je eet om je lichaam te voeden en te genieten.”
Hij is zogezegd weg van de traditionele keuken. “Ik hou van ‘oma-keuken’. Ik ga niet overal bloemetjes op doen om het mooi te maken, dat pretentieuze. Nee, goed eten heeft liefde en aandacht nodig.”
Algerijnse eetcultuur

In de Algerijnse eetcultuur is het dan ook belangrijk dat je ingrediënten gebruikt die uit eigen tuin komen, of uit die van de buren. “In de ochtend eten we licht, stokbrood met jam bijvoorbeeld. In de middag moet je goed eten en vooral warm. Een boterham met kaas zal ik dan ook nooit eten.”
“‘s Avonds eten we licht, vaak couscous met granaatappel of druiven. Couscous eet je in Algerije wekelijks, maar het verschilt van huis tot huis. Het land is zeventien keer groter dan Nederland, dus niet iedereen is hetzelfde.”
Goed gezelschap in Zuid-Mediterrane stijl

Algerijnen zijn volgens Med Khellout “eigenlijk Zuid-Mediterraans”. “Italië en Spanje zijn Noord-Mediterraans, maar ook wij hebben een wijntje, aubergine, knoflook, tomaat en olijven. Alleen bij ons is het beter.”
Maar het allerbelangrijkst is eten aan een grote tafel met goed gezelschap en muziek. “Eten verbindt, mensen maken contact met elkaar. We eten altijd samen, want alleen eten bestaat niet.”