Begin jaren 60. Wüstof, een messenfabriek in Duitsland krijgt een bericht met hierop slechts één foto: een auto met een groot Wüstof-mes door het dak gestoken. Paniek in de fabriek, want was dit een dreigement, helemaal uit Rotterdam? Nee, het was een reclame stunt van de Rotterdamse messenslijper Ton van der Kolk sr. die later uitgroeide tot Kookpunt. De gekke streken van Kookpunt zijn echter nooit geslepen en nu, zestig jaar later spreken we met mede-eigenaar Franz Kliegel en blikken terug op de afgelopen zestig jaar, voor de winkel, maar ook zeker voor de stad, gekke streken, trends en toekomstplannen.
‘Pa’, zoals ook Franz Ton sr. noemt, begon in 1959 samen met zijn vrouw een messenslijperij in zijn schuur in Rotterdam-Noord. In de winter sleep hij schaatsen, in de zomer vooral messen en scharen. “Hij was een handelaar in hart en nieren”, vertelt Franz, huidig mede-eigenaar. “Elke gulden die hij verdiende met het slijpen van messen, besteedde hij in nieuwe handel. Als iemand dan met een mes bij hem kwam kon hij zeggen: ‘ik heb hem voor je geslepen, maar moet eerlijk zeggen dat je ook toe bent aan een nieuwe. Kijk eens wat ik hier heb’”, vertelt Franz.
‘Rotterdams handelen’

“In de omgeving van Rotterdam-Noord heeft altijd een grote Marokkaanse gemeenschap gewoond en zij waren op zoek naar snelkookpannen en braadpannen. Daar kunnen we wat mee, dacht Ton sr. en zo is hij zich steeds meer op kookgerei gaan focussen. De wijk heeft in die tijd veel doorgemaakt. Zo gleed Zwart Jan van een belangrijke winkelstraat af en nu wordt het weer hip. Dat constante bouwen aan de stad past bij Rotterdam, en bij ons als winkel. Rotterdam was en is een echte arbeidersstad. Dat is leuk, want dan kunnen we Rotterdams handelen”, zegt Franz enthousiast. Voor de lezer die daar nog nooit van gehoord heeft, no hard feelings: wij ook niet. Franz legt uit: “Rotterdams handelen is, je raadt het al, niet lullen maar poetsen: De Rotterdammer wil binnenkomen en horen: dit is een goede pan, die moet je hebben. Advies geven we uiteraard graag, maar we draaien er niet omheen.” Geen gezeik of slappe verkooppraatjes bij Kookpunt dus.
Blijven groeien
De groei van Kookpunt is volgens Franz ook te danken aan de huidige eigenaar en zoon van de oprichter: Ton jr. Hij studeerde economie en liep stage bij verschillende andere kookwinkels waarna hij besloot meer te willen halen uit het bedrijf van zijn vader. “Op zijn veertiende verkocht hij zijn eerste braadpan, en trots dat hij was. Hij is nooit bang geweest om dingen anders te doen dan anderen, waardoor Kookpunt snel groeide. Bovendien werkt hij graag met de stad en heeft hij veel vertrouwen gewonnen bij de Rotterdammer. Rotterdam wil blijven groeien en daar moet je gebruik van maken”, vindt Franz.
Op eigen manier
Op de website van Kookpunt worden zij beoordeeld met een gemiddelde van een 9,5. “Ook al kun je niet voldoen aan een wens of verwachting, als klanten merken dat je je best doet, zijn ze vaak toch tevreden.” Bovendien is het volgens Franz belangrijk op je eigen manier te blijven werken. “We trokken mensen naar onze winkel met toffe kookcursussen, gegeven door Herman den Blijker. Hij stond dan midden in de zaak te koken.” En dan met spijtige blik: “Echt jammer dat ik dat zelf niet meegemaakt heb.” Elk jaar probeert Kookpunt iets in de winkel aan te pakken en zo op hun eigen manier bij de tijd te blijven.
Trends

Kookpunt is vooral een winkel voor particulieren, maar ook bekende chefs, zoals Herman den Blijker en François Geurds, komen graag even binnenlopen. “Ze komen dan vooral trends bekijken. Om die bij te houden gaan we vaak naar beurzen in binnen- en buitenland. Bovendien houden we veel contact met anderen die veel van de kookwereld weten, zoals Anneke Ammerlaan, food trendwatcher die dikwijls met inzichten komt voor onze winkel waar we zelf niet aan dachten.” Franz doet speciaal voor de Buik ook een kleine voorspelling voor komende trends: “No-waste koken is al erg upcoming, maar ik verwacht dat het nog verder gaat. Bijna richting zelfvoorziening. Ook fermentatie, een heel oude techniek waarbij bacteriën de smaak of geur in een product veranderen, gaat terugkomen. Bovendien gaan we terug naar de essentie. Waar vijf jaar geleden schuimpjes en gel maken een trend werd gaan veel zaken nu terug naar bijvoorbeeld het koken op hout”, voorspelt Franz. Kookpunt zelf blijft ook bij de tijd. Zo hebben ze nu ook een webshop. “Zeven jaar geleden was dat nog helemaal niet zo’n ding. De beheerder hiervan mocht één keer per week naar het postkantoor, als hij tien bestellingen had. Inmiddels hebben we een tweede locatie moeten openen voor de webshop”, vertelt Franz lachend.
Gekke streken
Maar nu bestaat Kookpunt dus 60 jaar. 60 jaar van gekke streken volgens Franz. Hij pakt een foto uit een oude doos waar een tram op te zien is. Helemaal beplakt met Kookpunt stickers ter ere van hun 25-jarig bestaan. “Ja, dat was toen wel een dingetje hoor, best bijzonder in die tijd dat er een tram ‘van Kookpunt’ door de stad reed”, lacht Franz. En ook om de stunt die zij hadden voor hun vijftig-jarig bestaan moet hij nog steeds lachen. “We hadden heel de kade vol gezet met tafels, zodat iedereen bij ons kon komen eten. Ze konden daar ook champagne bij drinken, maar die moesten ze dan wel ‘even’ zelf halen… Op een eilandje in het midden van de Rotte. Zwemmend dus! Wat dat betreft zijn we dit jaar best tam met ons jubileum. Wel hebben we een aantal producten vanuit onze winkel omgetoverd tot gave kunstprojecten. De opbrengst hiervan gaat naar de Voedselbank.” Een gekke streek kun je volgens Franz ook zeker weer verwachten: bij het 75jarig bestaan.
Gekke streken niet afleren

Een van de veilingobjecten: gepimpte koffiemachine Solis
En nu? Op naar de honderd? “Ja, dat zeker en dat mag ik hopelijk ook nog meemaken”, begint Franz vrolijk. “Mensen zeggen dat winkels gaan verdwijnen omdat het internet het overneemt, maar daar geloof ik niet in. Mensen willen uitleg voor ze iets aanschaffen, vragen stellen, voelen, proberen, misschien zelfs proeven. Onze nieuwe locatie in de Spaanse Polder is hier ook op gebouwd: meer ruimte voor proberen en koken, en die kookcursussen, die moeten echt wel terugkomen en daar kan dat ook.”
Franz: “Rotterdam als stad veranderd. En tuurlijk, Rotterdammers zeiken graag. Ja, er komen meer toeristen en de stad wordt hipper, maar dat Rotterdamse kun je er toch niet uit krijgen. Hetzelfde met dit bedrijf, wij blijven Rotterdammers bedienen in alles wat zij nodig hebben op het gebied van koken en zullen vooral die gekke streken echt niet afleren.”

Een van de veilingobjecten: gepimpte Smeg-koelkast