"Mijn moeder was gek op lekker eten, koken en bakken. Het liefst de Franse keuken. Mijn vader kookte pittig Indisch." Ceciel Landsaat haar liefde voor smaak is er zo lang ze zich herinnert. De bijbehorende carrière begon pas vijf jaar geleden, toen ze het onderwijs en Amsterdam verruilde voor de opleiding kok en kelner in het Vlaamse Koksijde: "Een alles-of-nietskeuze was dat. We maakten dagen van negen uur ’s ochtends tot tien uur ’s avonds, de hele week, week in week uit." Meteen daarna liep ze stage bij ‘de beste bakker van Vlaanderen’: Stefaan Destrooper. Daar werd haar liefde voor bakken bevestigd. "Ik wist: dit is wat ik moet gaan doen."
Er was eens een Spaanse Finca

Snel nadat ze haar opleiding had afgerond kreeg Ceciel een telefoontje dat haar leven veranderde. Een familielid riep haar hulp in bij het koken voor een grote groep beeldhouwers op een finca in Spanje. "Een uitje naar Spanje waarin ik kon doen waar ik gelukkig van word – eten maken waar mensen blij van worden – zag ik wel zitten." Daar ontmoette Ceciel Anna, de organisatrice van de beeldhouwersreis. De twee werden verliefd en terug in Nederland bekeken ze de mogelijkheden om samen iets nieuws op te zetten.
Zo ontstond het idee een zaak te beginnen waarin Ceciel haar liefde voor eerlijk koken en bakken kwijt kon en Anna met haar groene vingers aan de slag kon. Tegenover hun huis in Rotterdam lag een buitenkans: de voormalige huishoudschool. Van Anna’s vader, een kruidenier die vroeger producten leverde voor de kooklessen, wisten de vrouwen dat de keuken van het gebouw leegstond.

Geur van koek in een oase van groen
Zo begon hun ontbijt- en lunchrestaurant met een grote binnentuin: De Kok en de Tuinman. Ceciel bakt scones en kookt vegetarische en visgerechten. Ze vertelt: "Ik zoek de beste onderdelen van recepten uit en combineer die met elkaar, zo ontstaan mijn eigen versies. Ik ga niet voor mooi opgemaakte taartjes, daar zijn anderen veel beter in. Ik blijf graag bij de essentie van de smaak. Ik maak alles zelf, ingrediënten uit pakjes, daar doe ik niet aan." Anna verzorgt het talrijke groen in de zaak en pakt de verwaarloosde binnentuin aan. Ze hopen dat die tegen de zomer van 2019 een ware stadsoase is geworden.
