De tijd dat er alleen maar stamppot, gekookte aardappel en gehaktbal werd gegeten ’s avonds is voorbij. De inmiddels 170 verschillende nationaliteiten in Rotterdam hebben ieder op hun eigen manier culinaire sporen achter gelaten. Een Surinaams broodje tijdens de lunch, een banh-mi tussendoor of sushi als diner is allemaal de normaalste zaak van de wereld geworden. De verhalen en tradities achter deze verhalen worden ontdekt tijdens een bezoek aan Rotterdammers met een internationale achtergrond. Dit keer een kijkje in de keuken bij de Poolse Dominika Wankiewicz.
Een goede voorspelling
Op een woensdagavond in november schuif ik aan bij de Poolse Dominika. De tafel staat vol met Poolse delicatessen en ook op het fornuis staat het een en ander nog te pruttelen. Zelf wist ik niet zo goed wat ik kon verwachten van de Poolse keuken maar wat ik op tafel zie staan is veelbelovend. Dominika, die door haar studie architectuur in Nederland terecht gekomen is, vertelt dat zij een aantal weken geleden nog in Polen is geweest om haar familie op te zoeken. “Ik heb nog een aantal lekkernijen voor je meegenomen die alleen in Polen zelf te vinden zijn. Als je de test van de zure augurk doorstaat, dan mag je pas écht Polen binnen”, vertelt ze lachend. Ondertussen wordt er een typische ‘Tymbark’ neergezet: een flesje met frisdrank waar in de binnenkant van de dop een spreuk geschreven staat. “Het is heel populair in Polen, omdat iedereen wil weten wat er geschreven staat.” Zo staat bij Dominika geschreven dat ze de spannende en leuke kansen in het leven moet aangrijpen en deelt mijn spreuk mee dat ik vooral veel plezier moet hebben. Iets wat vanavond vast goed gaat komen.
Een traditionele keuken

Dominika vertelt dat de Poolse keuken door het communisme niet heel erg ontwikkeld is. “De keuken is heel erg authentiek gebleven en heeft vastgehouden aan tradities. Daarnaast was er een hele periode ook alleen maar azijn te vinden in winkels. Mensen moesten vooral zelf groentes verbouwen en zorgen dat er eten op tafel kwam. Veel Poolse gerechten zijn dus ook echt bedoeld om de mensen te voeden en warm te houden in de strenge winters. Daarnaast heeft Polen een echt landklimaat en wordt er vooral vlees en nauwelijks vis gegeten.”
De tafel staat vol met zowel de voor-, als hoofd- en nagerechten. Tot de typisch Poolse voorgerechten horen Poolse worsten, zoals Krakowska, met een beetje mierikswortel op brood, Kabanosy en haring. Volgens Dominika moet ook zeker de Smalec (puur gesmolten varkensvet) worden geprobeerd op wat brood. Ondanks dat dit mij ietwat vreemd in de oren klinkt, valt het reuze mee. Het heeft de textuur van boter, maar de smaak van vlees.
Na de Poolse hapjes volgt augurkensoep die bij Dominika nostalgie oproept. “Ik ben gek op het zure van augurken. Het is echt iets Pools en ik ben er dus ook mee opgegroeid. Het liefst at ik vroeger iedere dag augurkensoep en mijn moeder maakt de meest zure, en dus lekkerste, augurken ter wereld. Daarover gesproken, die moet jij zeker nog proberen. Ik wil je niet bang maken maar ze zijn echt zuur, ik heb wel eens mensen gezien die ze niet weg kregen” , vertelt Dominika. Enigszins twijfelend waag ik me aan een augurk en constateer ik dat het echt niet zo zuur is als dat ik vreesde. Na nog een aantal stukjes deelt Dominika mee dat ik nu wel Polen binnen mag. Blijkbaar is het fermenteren van groenten nog altijd heel gangbaar in Polen en zijn ze dus gewend aan zuur eten. “Vroeger hadden mensen natuurlijk geen koelkast en konden groenten alleen op deze manier bewaard worden. In de Poolse keuken worden op deze manier dus ook veel verschillende kolen en paddenstoelen gebruikt.”
Zure gerechten

Na de augurkensoep staat er meer lekkers te wachten. Onder andere de typisch Poolse pierogi (deeg met kaas of varkensvlees) en golabki (varkensvlees en rijst omwikkeld met kool). Ook is er de keuze uit aardappelpuree, rodebietjes salade, paddenstoelen ingemaakt in azijn en mizeria (komkommersalade met zure room). Deze stevige gerechten zorgen ervoor dat ik al snel een voldaan gevoel heb. De pierogi, die een beetje aan ravioli doet denken, is mijn favoriet. Als het hoofdgerecht een beetje is gezakt, is het eindelijk – met de nadruk op eindelijk - tijd voor het dessert. De versgebakken cheesecake stond namelijk al op tafel bij binnenkomst en laat dit nu net een van mijn favorieten zijn. Blijkbaar is dit gebak echt Pools door het gebruik van de roomkaas. Zure kazen, zoals Huttenkäse en roomkaas worden namelijk veel gebruikt in de Poolse keuken. Deze cheesecake met een chocoladelaagje, rozijnen en noten is wat mij betreft helemaal geslaagd en ondanks het voldane gevoel wordt hij tot de laatst kruimel opgegeten.

Een borrel hoort erbij
Bij een Pools diner hoort natuurlijk een biertje en een aantal lekkere borrels. Dominika schenkt een biertje in, maar voegt er een flinke scheut Poolse frambozensiroop aan toe. “Dit maakt een biertje net wat zoeter, iets waar de vrouwen van houden.” Als borrel schenkt zij een karamel – zeezout wodka liquor en Nalewka (een kweepeer liquor). Heerlijk om het diner mee af te sluiten. Terwijl we onze laatste slok nemen, vertelt Dominika dat het kleine restaurantje ‘Polka’ gelegen aan de Carnisselaan een aanrader is voor iedereen die eens Pools eten wil proberen. Zelf gaat ze graag eten op plekken zoals Rolph’s Deli en Restaurant MOOII. Pools eten, dat doet ze het liefst bij haar ouders in Polen. Mijn eerste Poolse ervaring was in ieder geval een groot succes, met dank aan Dominika die mijn nieuwsgierigheid én trek kon stillen.