Je zou het als stadse Rotterdammer bijna vergeten, maar steek het Haringvliet even over en voor liefhebbers van lekker eten blijkt er aan die andere kant van het water nog een hele wereld out there. Op nog geen uur rijden ligt bijvoorbeeld Bruinisse, met het oer-Zeeuwse mosselhuis BRU17 als parel in de kroon. Half juli ging het seizoen er glorieus van start.
Direct aan de haven kun je daar schaal-, schelpdieren en versgevangen vis eten in het gezelschap van de plaatselijke mosselmannen. Echte kerels met zout op hun huid - je weet wel. Knijp je ogen een stukje dicht en je waant je in Normandië of Bretagne.
BRU17 is niets meer of minder dan een houten paviljoen, met uitzicht op de kotters en trawlers van de beroepsvaart en de verderop gelegen mosselbanken. Een no nonsense-eethuis met een menukaart die er niettemin wezen mag. Unique selling point van BRU 17 is 'scharrelvis', waaronder tong, griet, poon, zomerschol en kabeljauw. Daarnaast serveert de zaak kokkels, oesters, palourdes, garnalen, paling en, in het seizoen, kreeft (net afgelopen) en mosselen (nu!). Alles afkomstig van duurzame visserij in de Oosterschelde, Grevelingen, Noord- en Waddenzee.
Zeker voor die mosselen moet je in Bruinisse zijn, want de wateren rondom het dorp vormen de kraamkamer ervan. Om dat te onderstrepen, liggen er aan de haven een paar monumentale exemplaren van staal in de zon te stralen, zodat er bij dagjesmensen geen misverstand over de nering van het dorp kan bestaan. Bij BRU17, vernoemd naar het inmiddels niet meer bestaande schip dat de vis voor het eethuis aanvoer, kun je kiezen uit de variant van de bodemcultuur of die van de hangcultuur.
'Pure mosselbeleving'
De eerstgenoemde categorie wordt na de oogst nog enige tijd op een daarvoor bestemd perceel verwaterd om het zand van de kleppen te laten wegspoelen. De hangende soort kan het zonder dat proces stellen en onderscheidt zich verder nog door het extra gewicht aan vlees. 'Voor de pure mosselbeleving', zoals dat bij BRU17 heet, eet je je bodem- dan wel hangmossel met alleen peper en laurier als toevoegingen. Gasten die een forse scheut wijn, ui en selderij in hun pannetje prefereren, krijgen die variant heel ruimhartig voor hetzelfde bedrag (€ 18,50).
BRU17 heeft binnen best wat fraaie visserij-attributen aan de wanden hangen, maar buiten op het terras zitten is er veel leuker. Er is steeds veel aanloop in de aanpalende, gelijknamige viswinkel, en op de kade voor het eethuis is er volop indrukwekkend vertoon van zee- en zoetwaterbonken. Je verwacht dat elk moment ook Zeeuwsch Meisje komt langsfietsen. Eigenaar van BRU 17 is vishandel Habraken, dat op thuisbasis Stellendam, op Goeree, nóg zo'n zelfde stoer eethuis-annex-visafhaal bezit.
Geen idee of ze nog leven, maar toen wij daar een aantal jaren geleden voor het laatst waren, hoorden we dat in Stellendam nog een paar héél oude oma's wonen die de hele dag niets anders doen dan thuis garnalen pellen. Die door Slowfood als culinair Nederlands erfgoed aangemerkte garnalen zijn van zichzelf al wereldberoemd, maar 'op grootmoeders wijze gepeld' leken ze bij Habraken toen toch nét nog wat lekkerder te smaken. Enfin, de volgende expeditie van De Buik moet dus maar naar Stellendam toe.