Weet je nog, pop-ups? Leuke extra evenementen naast de bruisende horeca? Omdat het allemaal niet op kon? Het doet denken aan andere tijden, maar Chris Naylor en zijn team hebben na het geweldige Roomservice at Olof’s de Olofskapel weer omgetoverd tot een tijdelijke, toegankelijke topzaak met te gek eten. Met zachtgegaarde kabeljauw én gebrande marshmallows, allemaal tijdens een mini vakantie op deze stadscamping.
Kamperen met service

We lopen de kapel in, midden in het centrum van Amsterdam, en zien een plattegrond van de camping hangen. Aan de hand genomen door de bediening worden we over het ‘pad’ geleid naar onze tent. De statige kerk aan de Zeedijk staat vol kampeerplekken: kleine grasmatjes met daarop stoelen, een kleine tent en een klaptafeltje met daarop de nodige kampeeraccessoires: een lampje, vliegenmepper en een rol wc-papier.
Het voelt echt als een camping, maar we hoeven zelf niets te doen. Eigenlijk écht vakantie dus; binnen no-time staat er een kleine koelbox met aperitief naast onze tafel en een plank vol vegetarische mezze erop. De limoncello-tonic smaakt naar de zomer en de veelheid aan frisse, kleine gerechten om te delen doet ons even vergeten dat het buiten maar een grauwe boel is.

Tussen de opblaaskrokodillen proeven we onder andere mozzarella met sinaasappel, hummus van bieten en frisse groenten. Het is straightforward maar met het oog voor detail dat je mag verwachten als chef Chris Naylor het menu heeft gemaakt; zo springt het licht zoet gelakte en krokante platbroodje op de Caesarsalade er meteen uit. Alles is prachtig op smaak, fris en kruidig, zoals het ook bij Vermeer deel van Naylor zijn stijl is.
BINGO!

Volstrekt onverwacht krijgen we, naast onze bestelde fles The Palm rosé (om in het vakantie thema te blijven), een bingokaartje op tafel. Niet veel later begint de host die eerst nog aan de deur stond nu getallen op te noemen, al dan niet vergezeld door anekdotes zoals een verhaal over Johan Cruijff bij nummer veertien. Terwijl de hoofdgerechten per ronde worden afgeleverd aan tafel, doe ik mijn best om de nummers in de gaten te houden. Dat is lastig want het ene gerecht is nog leuker dan het andere; de knolselderijsteak met gefermenteerde paddenstoelen is een umami-rijke traktatie voor mijn vegetarische tafelgenote, de kabeljauwmoot ernaast perfect gegaard en mild van smaak. De pikante groene kruiden ‘mole’ erbij doet me bijna vergeten mijn nummers bij te houden en dan komt de kip van de barbecue. Misschien wel het meest passend in het campingthema, met geblakerde randjes maar súper sappig. Dan roept onze host ook nog eens het laatste nummer, drieënvijftig. BINGO!
De hand van de meester. Met hagelslag.

Onder waslijnen vol t-shirts zitten we met een man of 30 ‘op de camping’, waaronder de Britse chef Naylor en zijn gezin. “Ik zit hier in mijn korte broek op een campingstoeltje, uit een koelbox bier te drinken en bingo te spelen...en dat in mijn eigen restaurant. What happened?!”. Van alles happened, maar dat liet ze niet tegenhouden om er wat van te maken. “Mensen willen meer dan ooit even op vakantie in eigen land of stad. Dit was een idee voor de hotelnacht ooit, maar eigenlijk nog veel leuker nu.”

Het mag dan wel een vreemde setting zijn, de hand van de meester proeven we het meest in de desserts. Weer een plank vol, dit keer met drie soorten marshmallows en drie bolletjes ijs. De marshmallows sluiten weer perfect aan bij de omgeving, warm en dus nog zacht, rechtstreeks op ons bord uit het vuur. Roze, geel en wit, niet met de bekende chemische smaken, maar van hibiscus en passievrucht. De bollen ijs zijn qua smaak nog spannender; ook passievrucht maar in combinatie met koffie, kersen met amandel en het klapstuk wat ons betreft: groene curry. Het is hemels ijs, verraderlijk neutraal van kleur maar megacomplex en vreselijk lekker. Waar je dit misschien bij Vermeer zou treffen met luxere garnituren, wordt al het ijs bij Olof’s afgemaakt met feestelijk hagelslag, spikkels en smarties. “Alles wat we normaal nooit mogen doen”, licht de chef lachend toe vanaf zijn ‘kampeerplek’...voor hem is het toch ook een soort vakantieplek.
Heb je twee uur over om op mini vakantie te gaan in (eigen) stad? Je weet nu waar!