Vergeet de Thalys en de tolwegen. Voor de Parijse ambiance strijk je neer bij Pastis in de Oude Molstraat, gelegen in het Hofkwartier. Of zoals de Fransen zouden zeggen, Quartier de la Cour. Bij deze Franse bistro geniet je iedere dag van een heerlijk diner in Franse sfeer.
Joie de vivre

Pastis is een traditionele Franse bistro met een inrichting zoals je die ook in Parijs tegenkomt. Niet per se heel chic, maar ongedwongen en met een goede Franse keuken. De typisch Franse flair doet je vergeten dat je in Den Haag bent. Een restaurant waar de joie de vivre (levensvreugde) je omhelst.
Het mooie weer zorgt voor gezellige drukte op de stoep in de Oude Molstraat. Wanneer we Pastis ingaan, is het ook binnen levendig en rumoerig. Noortje, de floormanager, verwelkomt ons met een glimlach en brengt ons naar ons tafeltje.
We zien houten banken met bistrotafeltjes en stoeltjes. Er zijn mozaïek vloertegeltjes en verweerde spiegels aan de wand die de kleine bistro groter doen lijken. Achter de bar prijkt een imposante hoeveelheid Franse distillaten en we horen Franse chansons, al gaan die een beetje ten onder in het rumoer.
25 soorten pastis

Pastis heeft een mooie uitgebreide wijnkaart met betaalbare wijnen. Wij besluiten eerst even te acclimatiseren met een aperitief. Een pastis lijkt ons een toepasselijke en lekkere keuze. Omdat er zo’n 25 soorten beschikbaar zijn, vragen we Noortje om raad. Ze adviseert ons Pastis Artisanal van Distillerie de la Seine, die wat zachter van smaak is.
Dat is een pastis uit Parijs, terwijl deze anijsdrank eigenlijk onlosmakelijk is verbonden met Marseille. Het verbod op absint zorgde ervoor dat Paul Ricard, van het gelijknamige merk uit Marseille, in 1932 iets nieuws bedacht. Sindsdien is pastis populair in het zuiden van Frankrijk, maar ons drankje laat zien dat ze in Parijs ook een zachte, verfrissende pastis kunnen maken.
Franse klassiekers

De serveerster zet wat knapperig brood en gezouten grasboter op tafel. De boter is erg hard en moet, zoals wij dat ook moesten, even acclimatiseren. Geleidelijk ontspannen we, het rumoer verdwijnt voor ons naar de achtergrond en we gaan helemaal op in de sfeer.
Op de kaart vinden we Franse klassiekers zoals escargots, uiensoep en steak tartare. We hebben de smaak te pakken dus nemen als entrée coquilles Saint Jacques (sint-jakobsschelpen) afgeblust met pastis. Voor het hoofdgerecht kiezen we de klassieker magret de canard à l’orange (eendenborst in sinaasappelsaus).
Verfijnde smaken

De coquilles komen met zeekraal en venkel. Ze zijn precies goed gegaard en in de zachtgele champagnesaus proef je licht de anijs van de pastis. De venkel versterkt de anijssmaak zonder dat het overheerst. De zeekraal is een goede, zoute tegenhanger.
De eend komt met haricots verts in spek en gratin dauphinois. Het vlees is smaakvol, mals en roze. De gladde sinaasappelsaus is lichtzoet en is vergezeld van een subtiele kruidenolie. Het zoutige van het spek brengt het gerecht mooi in evenwicht.
Voor Franse kazen is altijd plek

Eigenlijk hebben we al voldoende gegeten, toch laten we ons verleiden tot een kaasplankje als dessert. Noortje geeft uitleg over de kazen en schenkt er voor ons een Valcros Banyuls Hors d’Age bij. Een dessertwijn die aan port doet denken, zegt ze.
We beginnen bij de wat milde morbier met een streepje smaakneutrale as in het midden. De intensiteit van de smaak neemt geleidelijk toe naar het vijfde en laatste stukje, de bleu du Haut-Jura, die voor een blauwaderkaas zacht van smaak blijft. De zoete, diepe dessertwijn past perfect bij de heerlijke kazen en is het Franse antwoord op de Portugese port.
Het was een echt avondje uit. Pastis doet niet onder voor een bistro in één van de populaire wijken in Parijs en is een ode aan de Franse joie de vivre.