In mijn tienerjaren zat ik bijna dagelijks in een friettent, zoals we dat in Brabant noemden. Tegenwoordig ben ik niet zo'n snacker. Als vriendlief vraagt wat ik wil eten, luidt het antwoord steevast 'Gezond, iets met groenten'. En toen was daar ineens Pomms' op de Coolsingel. En heb ik al twee keer gesnackt in drie dagen tijd.
Vaak schrijf ik over trends en hoe je de consument zo kunt beïnvloeden dat hij meer koopt. Ik ben zo’n kritische consument die bewust kiest voor gezonde voeding en die wil weten waar het product vandaan komt. Dus werkt het bij mij heel simpel: plak er een labeltje ‘100 procent biologisch’ op en ik word nieuwsgierig. En Pomms’ heeft 100 procent biologische friet. En nog beter: boer Jan - ik ken hem niet, maar hij heeft er vast verstand van - heeft de beste piepers uitgezocht op zijn akkers.
Pomms’ bakt ze vers gesneden in de schil. Het bewijs is er, want de aardappelen liggen keurig in de zaak te wachten om door de frietsnijder te worden gehaald. Wil je je vergrijpen aan een kroketje, dan is het bij Pomms’ ook nog verantwoord. Zoals Niels Tijthoff en Ruud Boeve op hun website zeggen: 'Onze Aberdeen Angus-koeien grazen bij boer Peter in een Brabants natuurgebied vol klavers en kruiden. Dat proef je terug in onze kroket volgens grootmoeders recept.' Hoe mooi wil je het hebben?
Ambachtelijk, maar stylish vormgegeven puntzak patat
Toen Pomms’ afgelopen donderdag open ging, stond ik dus als een van de eersten in de rij voor zo’n ambachtelijk frietje in stylish vormgegeven puntzak patat. Die overigens gratis werd weggegeven om zoveel mogelijk voorbijgangers kennis te laten maken met Pomms’. De patat met lekker zurige mayo vloog erin, maar ik besloot het schrijven van mijn artikel uit te stellen. Ik was namelijk erg benieuwd naar de bilogische kaaskroket en de duurzame garnalenvariant en die waren nog even niet verkrijgbaar.
Dus twee dagen later weer op pad. Vriendlief is blij dat hij een keer niet aan de gezonde lunch hoeft; ik bestel de kroketten om mee te nemen naar huis. Oké, ook twee puntzakken friet. De garnalenkroket hoef ik niet af te rekenen, want het is nog wat vroeg in het seizoen, waardoor de smaak volgens de maatstaven van Pomms’ nog niet optimaal is. Ook de meneer en mevrouw voor mij krijgen een garanalenkroket, ‘gewoon om even te proeven’.
Oeps, patatje oorlog
Tegen de tijd dat ik thuis ben, zijn de designzakken friet getransformeerd tot patatje oorlog. Een onverwachte manoeuvre over een stoeprand en opspattende plas maakten de terugreis enerverend. De kroketten komen onverwacht netjes uit de strijd. Geen idee waarom Pomms’ zelf niet honderd procent tevreden is over de ietwat pittige granalenkroket, wij zijn fan. Ook van de kroket met geitenkaas uit Overijssel. Toch blijft met stip op 1 de zak patat. Zelfs gehavend smaakt deze beter dan de patat van elk willekeurige snackbar bij mij in de buurt.
Misschien geeft het biologische label voor mij die extra smaaksensatie. Of de manier waarop Pomms’ zijn ambachtelijke werkwijze laat zien, de verhalen die je vindt op de website (maak ook even kennis met slager Ronald, boer Peter, krokettenmaker Ferry, aardappelkenner Ron en bakker Lucas) of het gelikte design. In elk geval klopt dit concept als een bus. Ik eet nooit meer op een andere plek patat.