Wat is er leuker dan eten, slapen én ontbijten op het water? Bij H2otel aan de Wijnhaven in Rotterdam kun je terecht voor een bijzonder vijfgangendiner op het water. De piepjonge selfmade chefkok Willem Janssen schenkt bij iedere gang een goed glas wijn. Als alles op is, hoef je alleen maar je kajuit in te rollen.
Vanuit ons balkon kijken wij zo uit op het dek van H2otel. Dagelijks zijn ze daar druk in de weer met kussens, beddengoed en andere hotelachtige attributen. Dat je er niet alledaags -want op het water- kunt overnachten hadden we dus al in de gaten. Maar dat je er ook bijzonder kunt eten, was een verrassing. Hoewel de buitenkant van de boot wel toe is aan wat verhipping, is alles wat je er binnen kunt krijgen erg prettig.
Zebra en Zilver
Een thuiswedstrijd voor ons dus, zo’n nachtje H2otel. Maar daardoor niet minder speciaal. Bij aankomst worden we eerst naar onze kamer gebracht, die helemaal ‘zebra en zilver’ is. De bedden en de grote stoel bij de spiegel zijn met nepvachtjes bekleed en spreken Julia meteen enorm aan. Net als het grote ronde scheepsraam waardoor ze direct het water op kan kijken en naar de torens aan de Wijnhaven. “Hee, daar wonen wij!” De rest van de kamers hebben ook bijzondere thema’s, vertelt eigenaar Erwin Meuldijk ons. Zo is er ook een kunstkamer, een stripkamer en speciale familiekamer.
Ik ben toch geen konijn!

Hoe dichtbij ook, het verblijf in H2otel voelt direct als vakantie. Chefkok Willem (begin 20), die tussen neus en lippen door vertelt dat hij hard werkt aan zijn eigen kookboek, komt met ons het nieuwe lentemenu bespreken. Eentje voor de grote mensen en een apart menuutje voor ‘het kind’. De eerste gang is meteen al geweldig. Verse gemarineerde calamaris. Niet zo’n zompige met vet doordrenkte frituurhap, maar fris en knapperig met een super knoflook-achtig sausje. Zijn geheim: hij paneert ze met versnipperde cornflakes en daardoor blijven ze lekker licht. Voor Julia zijn er Rotterdamse bitterballen, die er meteen in vliegen. Kan ze de rauwe bietensalade met frambozendressing even overslaan. ‘Want’, zoals ze zelf zegt ‘ik ben toch geen konijn!’
Zwezerik met pastinaak

Daarna krijgen we zwezerik met pastinaak en knolselderijpuree. Een gerecht dat ik niet zo snel zou bestellen, maar ook hier heeft Willem weer iets bijzonders van gemaakt. Lekker op smaak, knapperig en de combinatie met de pastinaak is ook erg goed. Gang nummer drie, als we die nog op krijgen, bestaat uit een lamsboutstoofpannetje met gemarineerde roseval aardappeltjes voor ons en biologische maiskippetje ingepakt in pancetta met aardappelgratien voor Julia. Bijzonder dat zo’n twintigjarige weet wat kinderen lusten. Een piepklein plekje bewaart ze nog voor het toetje: zelfgemaakt bloedsinaasappelijs. Waar wij dan nog gemarineerde vruchten en een kletskop bij krijgen.

Rozig van de wijn
Voldaan trekken we ons terug in onze hut. Waar Julia direct als een blok in slaap valt. En waar wij wat rozig van de wijn nog nagenieten. En nadeinzen, want zo’n bed op het water dat voelt best apart. Als snel worden ook wij in slaap gewiegd. Echt uitslapen is er helaas niet bij. Met kind is dat sowieso een lastige opgave. Maar dit keer is er een andere reden. We gaan namelijk ontbijten op een rondvarend bootje!

Compleet met historisch onderlegde kapitein die ons vertelt over de Rotterdamse wateren. Onder het genot van lekkere verse belegde broodjes, verse jus, fruitsalade en een grote thermoskan met koffie - ook erg belangrijk zo vroeg op de ochtend, horen we over het bombardement, de wederopbouw en de naoorlogse architectuur. De zon schijnt, we genieten en we hebben het gevoel dat we echt even op vakantie waren.