In 2018 werd Herman Hell uitgeroepen tot Meest Markante Horecaondernemer van Zuid-Holland. Vorig jaar behaalde hij de eerste plek in de Café Top 100 met Café Sijf en werd hij benoemd tot een van de Smaakmakers van de Buik. Dat betekent niet dat hij het in 2020 rustiger aan gaat doen, in tegendeel: Hell’s Kitchen is dit jaar direct groots van start gegaan met de overname van het Zalmhuis. Het iconische pand is van buiten helemaal intact gebleven, maar is vanbinnen niet meer te herkennen. Midden in de verbouwing heeft de trotse ondernemer tijd vrijgemaakt om ons alvast een rondleiding te geven.
Metamorfose het Zalmhuis

Na een vijf openingsdagen opent het Zalmhuis 10 februari voor het grote publiek. Het voormalige interieur, waar vooral het bruine hout de boventoon voerde, heeft een flinke metamorfose ondergaan in slechts 3,5 week. De diverse ruimtes die het gebouw rijk is hebben ieder hun eigen inrichting en daarmee functie gekregen, maar van de entree tot boven is wel alles helemaal in dezelfde stijl. De Enigma-achtige muziek bij binnenkomst heeft als doel om even te resetten en in de relax-modus te raken. Het Zalmhuis dient als een echte break uit de stad op nog geen tien minuutjes vanaf het centrum. In de lobby is een grote ronde bank geplaatst, waar je op je afspraak kunt wachten. Vanaf hier heb je uitzicht op de huisjes waar de zalm wordt gerookt en de kasten waarin deze wordt opgehangen.
“Vanaf hier ga je de vissenkom in en kies je een van de zalen: de garden room, de rooftop, de private room of het grand café”, vertelt Herman als we de entree passeren. De trap springt direct in het oog door het behang wat speciaal voor Herman en zijn vrouw Liselore is ontworpen. Je ziet hierin de onderwaterwereld en dit loopt over alle verdiepingen als een paneel door. Ook de kolossale lamp is natuurlijk niet te missen. Voor de private dining room met eigen bar en “hele dikke geluidsinstallatie” blijf je beneden, maar voor de rest van de zalen ga je allemaal omhoog.
Indrukwekkend is dat Herman en Liselore het hele ontwerp tot in detail zelf hebben gedaan en geloof ons als we zeggen dat echt aan alle details is gedacht.
Het grand café

Wanneer je naar boven loopt, zie je direct de pit: de keuken en bar ineen. Achter de twaalf meter lange messing gouden bar met schubben staan de koks rechts de borden op te maken en worden links de cocktails bereid. In het midden is een grote visvitrine, waardoor je direct tegen de zalm aanloopt. “Als je onder de tunnel doorloopt, kom je in een andere wereld. De grand café wereld. En zelfs binnen die wereld is het allemaal verschillend.” Het grand café is onderverdeeld in de cocktail area, riverside en waterfront. Dit heeft niet alleen een knus, stijlvol effect, maar zorgt er ook voor dat je alle gedeeltes los kunt afhuren. In de ronde boots hangt een goud fluffy koord. Mocht je trek hebben in champagne hoef je alleen maar hieraan te trekken en worden de bubbels bij je geserveerd. Vergeet in deze zitjes ook niet de Zalmhuis-selfie te maken met behulp van de spiegel die boven je hangt. De bank in het achterste gedeelte wordt ’s zomers vervangen door een bar, zodat het terras daar makkelijk bij kan.
De binnentuin
Aan de andere kant van de pit bevindt zich de binnentuin. Deze is heel botanisch vol met planten en groen en zal vooral voor feesten en partijen worden gebruikt. Ook hier komt een eigen bar te staan die in de zomer naar buiten kan worden gereden naar de barbecuetuin. Op iedere bar van het Zalmhuis komt overigens ook 0.0bier op de tap, dus je kan met een gerust hart met de auto hierheen.
De rooftop
De trap op naar de bovenste verdieping leidt tot de rooftop. De signatuur van het Zalmhuis is hier terug te zien – bijvoorbeeld in de roze bar – maar voor de rest is het hier neutraal gehouden zodat de zaal bij feesten naar smaak kan worden aangekleed.
Zalm gevangen door eskimo’s

Het hele Zalmhuis heeft een stijl die luxe uitstraalt, maar toch laagdrempelig is. Dit is ook terug te zien in de gerechten, waarbij je bij de lunch kan gaan voor sushi of een compleet driegangenmenu, maar ook gewoon een 12-uurtje. Voor de keuken is Lars Litz aangetrokken, die uit de school van Herman den Blijker komt. In de avond wordt ingezet op sushi, dry aged meat en natuurlijk zalm. “Sinds 1863 draait de locatie om de zalm, dus we vonden ook dat we de beste zalm van Nederland moesten hebben. We hebben de beste, maar ook de meest bijzondere”, vertelt Herman trots. Het Zalmhuis gaat drie soorten zalm serveren: een biologisch gekweekte Schotse zalm als huiszalm, de Sockeye zalm uit Alaska die Herman omschrijft als misschien wel de beste van de wereld en de Keta zalm. “Deze wordt door Inuits (eskimo’s) gevangen. De keta zwemt op bijna 215 meter diepte en smaakt bijna als een roofvis. Maar zes weken per jaar wordt ‘ie gevangen door de eskimo’s op een ijsschots met een lijn dus er is maar een beperkte oplage. Het merendeel eten ze ook nog zelf op.” Ze kunnen dus niet garanderen dat deze zalm er altijd is, maar bij de opening hebben ze de zalm sowieso in huis.
Brak gin

Als je alle soorten zalm wil proberen, is de high salmon een goede optie. Hierbij wordt hun eigen geproduceerde gin geschonken die is gemaakt met ingrediënten uit de marinade van de zalm, waaronder dille en venkel: Brak Gin. Deze zin is vernoemd naar het brakke water – de overgang van zoet- naar zeewater – pal voor het Zalmhuis waar je makkelijk de zalm kan vangen omdat hij dan is gedesoriënteerd.
“We hebben de opdracht om mensen te verleiden de stad uit te gaan, tegen de stroom in iets bijzonders. Het is echt geslaagd als oma en kleinzoon hier komen en ze het alle twee heel dik vinden. Dat is de stijl die wij gezocht hebben, ik denk dat dit er nog niet is in Rotterdam”, sluit Herman af.