Rotterdam kent een aantal van die iconische eetgelegenheden waar je een keer geweest moet zijn. De Ballentent in het Scheepvaartkwartier is zo’n zaak. Al sinds jaar en dag beroemd om zijn gehaktbal. De Buik zette koers richting de Parkkade om te proeven of die bal na al die tijd nog steeds zo buitengewoon is.
300 ballen per dag

Het is een gure winteravond wanneer we praktisch bij De Ballentent naar binnen geblazen worden. Maar zo bar als het buiten is, zo behaaglijk is het binnen. We worden warm onthaald door René, de eigenaar, en zijn zwarte brigade.
We kiezen een tafeltje in het cafégedeelte en hebben daarmee goed zicht op al die ballen die voortdurend de keuken uit rollen. “Het zijn er 300 per dag.” Onze ogen worden zo groot als schotels. “Om 6 uur ’s ochtends beginnen ze in de keuken met draaien”, vervolgt onze gastvrouw.
De Ballentent is iedere dag van de week open, dus reken maar uit hoeveel gehaktballen per week dat zijn. Het is duidelijk dat deze voormalige havenkroeg geen betere naam had kunnen hebben. En dat deze plek nog altijd geliefd is, blijkt wel uit het feit dat het deze dinsdagavond volle bak is.
Uitgebreide kaart met trappistenbier

Wellicht komen al die mensen hier ook graag vanwege de uitgebreide bierkaart, met in het bijzonder de selectie van trappisten. Chimay en Orval kennen we wel, maar er staan ook zeldzamere op de kaart, zoals de Tynt Meadow. Deze wordt in kleine batches gebrouwen door monniken in het Verenigd Koninkrijk.
We proeven hem en besluiten dat dit onze nieuwe favoriet is vanwege de rijke en romige smaak met een hint van chocolade.
Gehaktballen, biefstuk en dagschotel

Maar we komen hier natuurlijk niet voor het bier, maar voor de ballen. Overigens staan er ook andere gerechten op de kaart, zoals biefstuk met champignons of een kippetje van de grill. Daarnaast staat er elke dag een dagschotel op het krijtbord bij de bar.
Vandaag kunnen we kiezen uit een Italiaanse ossobuco en de winterse klassieker stamppot andijvie. Die laatste is – uiteraard – met bal, dus die kiezen we, en we gaan ook voor de enige echte bal gehakt Ballentent, met frietjes. Neem je je vegetarische vrienden mee naar De Ballentent, vraag dan even welke keuzes ze die dag buiten de kaart om hebben, want op de kaart blijven de opties beperkt tot pannenkoeken of een uitsmijter met kaas.
De bal van de Ballentent

Voor we het weten staan de borden op tafel en kunnen we eindelijk ons tanden zetten in die befaamde bal. Dat ‘ie met de hand en op ambachtelijke wijze gemaakt is valt meteen op. En zo smaakt hij ook.
Lekker zacht qua structuur, niet te zout, niet te droog. Een gehaktbal zoals een gehaktbal hoort te zijn. De Ballentent-bal heeft als extra een saus van champignons, paprika en uien, en past qua smaak goed bij het subtiel gekruide vlees.
Over de stamppot ook alleen maar lof. De portie is precies goed, het is geen flauwe hap en er wordt een smaakvolle, scherpe Duitse mosterd naast geserveerd die duidelijk door een liefhebber van niet-laffe mosterd is uitgekozen.
De dikke frieten doppen we in een royale portie mayonaise, en aan groenvoer is ook gedacht, want we krijgen er een goede partij rauwkost bij.
Rotterdam op z'n best

Tevreden zitten we aan onze maaltijd, terwijl de Hollandse hits op de achtergrond draaien en we ons realiseren dat het maar goed is dat Rotterdam nog zo’n onvervalste havenkroeg als deze kent. De tijd lijkt hier te hebben stilgestaan.
De niet-lullen-maar-poetsen-sfeer – al wordt er genoeg geluld, daar niet van – de foto’s uit vervlogen tijden van de haven, de gevatte service met suggesties waar je echt wat aan hebt, en natuurlijk het uitzicht op de Maas: het past het echt bij Rotterdam.
De Ballentent heeft zelfs praktisch zijn eigen watertaxi halte naast de deur, waarvan druk gebruikgemaakt wordt na een Feyenoord-wedstrijd in De Kuip, wanneer Het Legioen hier komt proosten op de winst. En die gehaktbal is na een (eventueel) teleurstellend potje voetbal het ultieme troosteten. Rotterdamser dan hier krijg je het bijna niet.