We gingen voor restaurant Bistrot du Bac richting het Deliplein. Maartje en Joost van de Braak bestieren de zaak nu bijna vier jaar en we zijn er al veel te lang niet geweest. Heerlijke Franse gerechten vergezeld van fraaie Franse wijnen, daar staat deze rots in de Rotterdamse bistronomie-branding voor garant.
Iene miene mutte

Met het tegenlicht van de ondergaande zon lopen van metrostation Rijnhaven naar het Deliplein. Een plek waar je 'iene miene mutte' kan doen als je ergens wilt eten. Eigenlijk zijn alleen Theater Walhalla, Tattoo Bob en Café De Ouwehoer plekken waar je niet voor een hapje terecht kunt.
Bistrot du Bac is mooi gelegen aan de lommerrijke kop van het Deliplein. De sfeer is kleinschalig en zeer verzorgd. De bediening is correct met kennis van zaken, de muziek staat op een volume waar je prima bij kan praten. Niets is opdringerig of schreeuwerig.
Meedenkers voor een hoog niveau

Maartje en Joost van de Braak namen Bistrot du Bac in november 2019 over. Zij verzamelden een fantastische staf om zich heen in het restaurant waardoor ze de bistronomie op hoog niveau voort kunnen zetten. Maartje: "We zijn blij met het team dat we in deze twee zaken om ons heen hebben. Het zijn stuk voor stuk geen volgers, maar juist 'meedenkers' die zelf ook met suggesties komen. Het maakt dat we twee mooie culinaire plekken (tevens La Petite Soeur, red.) kunnen realiseren hier."
Bubbels en oesters

Dat is een combinatie die er bij ons altijd wel in gaat als aperitief. De bubbels: een crémant van chenin blanc uit het Loire-gebied. Lekker fris, droog, iets houtachtige diepte. Hij past goed bij de oesters, Fines Claires uit Bretagne. Ze zijn zilt, niet te zout, zachte structuur, met een hele kleine bite. Aan het eind komt er iets licht bitters. We eten ze zonder de uien in rode azijn.
Na de oesters krijgen we een Parijse klassieker: oeufs mayonnaise. De eieren zijn lauwwarm, het eigeel is net gestold. De mayonaise is zelfgemaakt en licht romig, smeuïg en fijn van smaak, met voldoende zuur om bij het ei te passen. Het is afgemaakt met bieslook en piment d’espelette.
Menu de trois plats

Als eerste gang krijgen we steak tartare en scheermessen. Het vlees is tamelijk grof gehakt. Het is met de hand gehakt van het bloemstuk, een stuk vlees dat de slager als braadlap verkoopt. Het verklaart de mooie bite die de tartare heeft. De smaak van het vlees is bescheiden, niet overheersend. Het geheel is romig en fris door een heel licht zuurtje in de dressing.
In de scheermessen proef je nog het ziltige van de zee. Erbij een peterseliesaus op basis van visbouillon. Het is een fijn geheel waarin smaken elkaar versterken. We drinken er een rosé van de nebiolo druif, dus uit de Piemonte, bij. Deze is verrassend lekker: ziltig, iets van citrus, bergamot en roodfruit.
Les plats principaux

Als tweede gang krijgen we lamsrack en zeeduivel. Het lamsrack is mooi mals vlees, fijn gegaard. De saus versterkt de smaak van het vlees en meandert door alles heen. De puree is fluwelig met toch nog wat stevige accenten voor textuur, en boterig van smaak. Al met al een elegant en smaakvol geheel. De zeeduivel is uitstekend gegaard. Het buikspek om de vis is knapperig en niet te zout. De boonscheuten passen mooi bij de vis en de sauzen, die het gerecht tot een geheel maken.
De frietjes die er bij geserveerd worden, zijn dun en goed knapperig, met een lekkere mayonaise. We drinken bij het vlees een rode wijn uit Valencia, van druiven aan oude stokken. Hij ruikt naar boterbabbelaars en smaakt naar rood fruit. Veloursachtig maar stevig. De witte wijn komt uit het noordelijke Rhône gebied en is van druiven aan jonge stokken. Veel mineralen, bijna steenachtig, maar ook boter. Ze passen goed bij het gerecht.
Les fromages

We eindigen met een kaasplank. Een jonge geitenkaas waar je de geit goed in proeft en die ook mooi romig is. Als tweede een Tomme De Savoie met de typische 'stalsmaak' van rauwe koeienmelk en de stevigheid van een goede Tomme. De derde kaas is Roche de Montaigne, een milde blauwe kaas met weer die smaak van rauwe koeienmelk. De laatste kaas is La Vileta, een roodkorst geitenkaas uit Corsica. We drinken er een Macvin du Jura bij. Je proeft fruit, appel en honing.
We weten als we naar huis gaan weer precies waarom Bistrot du Bac ieder bezoek waard is: een warme, gastvrije en kundige bediening, subtiele smaken, in niets opdringerig, alles heeft z’n plaats en in samenhang is het eten goed klaargemaakt en heel smakelijk.