Proeven bij BBQ-walhalla Black Smoke

Afgelopen week is Black Smoke voorzichtig geopend. Nou ja, voorzichtig, er was een feest voor 700 vrienden en bekenden, gevolgd door een diner voor de echte BBQ-nerds uit de open vuur gemeenschap, de pers en een select aantal lezers van de Buik. Nu volgen de meer dan tweeduizend liefhebbers die al via de website gereserveerd hebben. In kleine plukjes laten eigenaren Jord Althuizen en Kasper Stuart hen binnen. Elke dag een paar meer. Zo kan het team – met bekende Rotterdamse koppen, maar ook oudgedienden uit Antwerpen – wennen en vooral leren in het gigantische pand in de voormalige brandweerkazerne van de Van Nelle Fabriek.

Rondkijken en proeven 

Sinds de laatste keer dat we in deze hoekloods waren is er veel veranderd. We schreven eerder al drie keer over de totstandkoming van de eerste Nederlandse BBQ-walhalla van BBQ-goeroe Althuizen. Maar nu kunnen we rondkijken, proeven en wederom praten met de twee compagnons. Ze hebben een complexe boodschap want de hele zaak schreeuwt “Stoer! Mannelijk! Vlees! Open fire! Ruig!” en nog een aantal termen die eerder appelleren aan testosteron dan aan finesse. “Maar wij rekenen erop dat iedereen hier gaat komen, zakelijk en privé, dates en families, mannen en vrouwen”, aldus Althuizen. Daarom is er een gevarieerde menukaart met, naast hompen vlees, ook veel ruimte voor vegetarische gerechten, vis en salades. Wij proefden de corvina (een baars-achtige, vooral bekend in Zuid-Amerika, maar ook gewoon in Europese zeewateren te vinden) en de “where’s the beef”, een gerecht van prei en voortreffelijke falafel. Ook de sides, zoals de bonen en vooral de coleslaw, waren top. De niet vleeseter of de gasten met niet zo’n grote trek komen niets te kort in Black Smoke. Naast diner, is er een lunchkaart met heuse sandwiches en zijn er cocktails en craft beer in een grote bar, waar op termijn ook club nights komen.  

Over vlees gesproken 

Dat de liefhebber van vlees hier langs gaat komen, is boven alle twijfel verheven. Stuart en Althuizen hebben een dry age kast die groter is dan de gemiddelde bar op de Witte de With-straat. De diversiteit aan lapjes is enorm, maar niet overweldigend. Uiteraard spareribs, drie soorten cote de boeuf (inclusief absolute topper Rubia Gallega), de veel geprezen brisket (die Althuizen als zijn signature dish ziet), diverse exclusieve worsten met ingrediënten die verwijzen naar de geschiedenis van de Van Nelle Fabriek, burgers, bavette, longhaas, kippenbouten en zelfs beenmerg. De bereidingswijzen zijn net zo divers als er variaties zijn op “BBQ-en”: roken, grillen, branden, garen, op de parilla, met de brander, op de kamado of tandoor. Dan hebben we nog lang niet alles opgenoemd.  

Van wat wij mochten proeven, bleef uiteraard de ‘9 to 1 Texas style brisket’ bij. Een stuk runderborst dat 16 uur (van 9 uur in de ochtend tot 1 uur in de nacht) laag en langzaam gegaard wordt. Ook de bierworst (met koffie) had een eigenzinnige smaak die je doet verlangen naar meer. We komen zeker nog terug voor de klassieke steaks en cote de boeuf. Of gewoon voor de BBQ Bonanza, een grote plaat voor twee personen om de halve kaart te proeven. 

Indrukwekkende inrichting 

De loods is ruim duizend vierkante meter en de tafeltjes zijn opgebouwd rondom een immense open keuken, met uiteraard veel open vuur. Alles is groot hier en daarbij is de zaak ruim opgezet. De stijl is ruig, met veel gebruik van vuurkleuren, terugkomend in het neon en de verlichting, metaal (chicken wire zoals in de Blues Brothers) en grote machinerie om de stukken vlees te transporteren, de grills op te tillen of de spitten te draaien. Alles hier ratelt, draait, beweegt, vlamt, rookt, stoomt, flikkert of maakt indruk op een andere manier. Mad Max lijkt zelden ver weg. De gigantische afvoerbuizen aan het plafond – in het monumentale Van Nelle pand mag niets op het dak of aan de buitenkant gemonteerd worden – lijken hun werk goed te doen. Het is er vreemd genoeg best rustig en als je zou verwachten dat de zaak blauw staat, dan kom je bedrogen uit. 

Dichtbij of ver? 

Voor de Rotterdammer voelt de Van Nelle Fabriek ver weg, zo achter het Kasteel en net voor de Spaanse Polder. Maar de eerlijkheid gebiedt te zeggen: acht minuten met de bus vanaf CS of een kwartier fietsen vanaf het centrum vallen reuze mee. Er zijn zelfs plannen voor een nieuwe metrohalte bij de Van Nelle Fabriek, op het spoor tussen Rotterdam en Schiedam. Ook de watertaxi lijkt een optie die veel toevoegt aan een avondje Black Smoke. Voor mensen van buiten Rotterdam ligt de wagen voor de hand en is parkeren gemakkelijk. Het zou me niets verbazen als mensen van verder weg dan Rotterdam de meerderheid gaan vormen, nu reizen veel Nederlanders af naar Antwerpen om te genieten van Black Smoke. Jord Althuizen denkt ook een mooi aanbod voor de buurt te hebben. Er is relatief weinig zakelijke en/of kwalitatieve horeca in de Spaanse Polder, dus dat klinkt realistisch en verklaart de focus op de lunchkaart. 

Wat verder opvalt: de prijzen zijn ronduit laag te noemen. Natuurlijk je kan veel geld uitgeven aan de chique cote de boeufs, die per kilo gaan en tot bijna honderd euro kosten, maar het hoeft niet. Veel gerechten zitten ruim onder de twintig euro en de sides zijn er vanaf twee en halve euro. Dat betekent dat de liefhebbers die de Antwerpse prijzen kennen, in Rotterdam met een glimlach naar buiten zullen lopen, dezelfde kwaliteit kost hier in Holland een stuk minder.  

Rook en vuur 

Met Black Smoke is Rotterdam een attractie rijker en wordt de Van Nelle Fabriek steeds meer een bestemming op zich. De (halve) Belg Stuart is een gewiekste ondernemer en de Nederlander Althuizen is een icoon in de BBQ-wereld die weet hoe hij mensen aan zich bindt. Samen zullen ze de liefhebbers van vlees en open vuur sowieso aan zich binden, voor de overige eters (een groep die toeneemt) doen de heren hun best met vleesvrije of minder vette alternatieven. Al laten deze zich wellicht wat lastiger overreden tot een ritje naar dit nieuwe Mekka van rook en vuur.