Een kijkje buiten de keuken van Marcel Beijerling

Onze chefs weten van goed eten. Logisch, als je avond na avond achter het fornuis staat. En als je als chef dan een keer tijd hebt om buiten de deur te eten, dan doe je dat niet zomaar ergens. Althans, daar gaan we van uit. Wij zijn namelijk vreselijk nieuwsgierig naar de bars, restaurants, eetcafés en andere toko’s waar onze chefs hun schaarse vrije tijd doorbrengen. We nemen daarom regelmatig een kijkje buiten de keuken met onze Rotterdamse kookhelden. Dit keer: Marcel Beijerling van de Machinist.

Na een klassieke koksopleiding heeft Marcel bij flink wat zaken gewerkt. Van De Harmonie, In Den Rustwat en Lux tot aan het grand cafés, zoals Loos en het Wester Paviljoen. Nu staat hij bij de Machinist waar hij de zomer en winter lekker kan afwisselen in het restaurant of in de Viskantine aan de Cool. “Buiten is het lekker laagdrempelig. We hebben gerechtjes van €1,- tot €15,-, terwijl het binnen weer wat uitgebreider is. Zoals bijvoorbeeld bij de Rotterdamse tafel vol, waar we bij het voor-, hoofd- en nagerecht de hele tafel vol zetten met een selectie van de kaart.” Zelf houdt Marcel erg van de mediterraanse keuken. “Ik kom zelf erg graag in Spanje en Italië. Ik hou erg van vis en dan zit je daar wel goed. Ook koken we bij de Machinist veel met vis”, vertelt Marcel. “Maar soms schiet ik wel eens uit naar een kom ramen of okonomiyaki pannenkoeken”, vervolgt hij.

Rotterdam

In Rotterdam begint Marcel op Katendrecht bij Deli Bird. “Ik woon er zelf in de buurt, dus dat is makkelijk, maar ik eet er ook altijd lekker. De prijs-kwaliteit verhouding is geweldig. Als ik daar kom vraag ik altijd of ze wat kunnen maken en wat ik ook krijg is lekker. Van een soepje tot een pittige curry met mango of een papaya salade, het is allemaal lekker.” Vervolgens gaat Marcel de brug over naar het Scheepsvaartkwartier. “Ik kom ook erg graag bij La Pizza. Ik bestel daar altijd de inktvisringetjes en een kleine pizza crudo met San Daniele ham en rucola.” Voor zijn laatste zaak blijft Marcel op het Scheepsvaartkwartier en sluit af met Zeezout. “Ik vind hem (Patrick ’t Hart, red.) zelf een van de betere chefs van Rotterdam. Ik snap ook niet dat hij nog geen ster heeft. Het niveau is waanzinnig en hij verrast elke keer. Er is ook een aantal combinaties die me altijd zijn bijgebleven zoals de coquilles met bloedworst en suikerspin.”

Nederland

In Nederland gaat Marcel graag naar Toscanini. “Het is een traditioneel Italiaans restaurant en ik kom daar al een jaar of twintig. Na al die tijd is het nog steeds hetzelfde. Je moet er ruim van tevoren reserveren, maar de prijs kwaliteit verhouding is echt geweldig hier.”

Internationaal

Voor zijn favoriete restaurant in het buitenland begint Marcel over zijn reis naar Korea. “Korea is echt een andere wereld. Naast dat de mensen daar heel bijzonder en behulpzaam zijn, is het eten ook erg bijzonder. Je hebt de gekste worsten en meest aparte groenten, maar ik heb er vooral veel vis gegeten. In het zuiden van Korea, in Busan, zijn we naar een restaurant geweest wat een soort vishal was. Het zag er vanaf buiten raar uit met veel neon licht. Binnen had je beneden een soort supermarkt. Hier ging je eerst heen om je vis uit te kiezen. Het was een hele hal vol met levende vis in bakken water. Daar koos je dan je vis uit. Vervolgens ging je naar boven waar je vier of vijf restaurants had waar je dan ging zitten en je vis ter plekke bereid werd. Hier werd de sashimi voor je neus afgesneden. Ook hebben we er een soort levende inktvis op, heel erg bijzonder. Daarnaast is het ongelofelijk hoe schoon het daar allemaal is.

Daarnaast heb ik een keer bij Miramar gegeten. De chef hier is Paco Perez en hij heeft nog bij El Bulli in de keuken gestaan. Bijna alle chefs die daar gestaan hebben zijn voor zichzelf begonnen en zo Paco Perez ook. Dit was ook te merken, want alles hier was echt top. Het ene na het andere gerecht verbaasde je gewoon weer. We hebben hier 28 gangen gegeten en zaten er tot half twee ‘s nachts. We mochten toen ook nog even in de keuken kijken. Ze deden hier de gekste dingen. Van voedsel printen tot een speciale ijsmachine of geschaafde oester maken, het ging soms heel ver.”